Bouwwerf: Koninklijke Maatschappij de Schelde (175)
Tonnage: 8871 brt
L x B x H: 141,98 x 17,68 x 12,19 m
Voortstuwing: 3 stoomturbines; 1 schroefas 4.200 apk
Snelheid: 13 knopen
Passagiers: 1e klasse: 14, 2e klasse: 174, 3e klasse: 802
Bemanning: 89
De NASM bestelde in 1919 vier nieuwe vrachtschepen voor de vaart van Spanje op Cuba en Mexico. Eén werd besteld bij de werf Fijenoord, twee bij de werf De Nieuwe Waterweg en één bij de werf De Schelde in Vlissingen.
Op de Zeeuwse werf werd op 18 maart 1920 de kiel gelegd en 15 januari 1921 werd de Edam (4) te water gelaten.
Door de grote stroom Spaanse emigranten naar Cuba en andere Latijns-Amerikaanse landen werd tijdens de bouw besloten op dit type schip meer passagiersaccommodatie te plaatsen. Daar in die tijd nog werd gedacht dat een schip met meerdere schoorstenen veiliger was, werd op alle vier de nieuwe schepen een dummy-schoorsteen geplaatst.
1921 Op 17 september werd de "Edam" door de werf aan de NASM overgedragen.
De eerste reis vond plaats op 28 september 1921. Echter, vertrokken uit Rotterdam met vracht en passagiers op weg naar Canada via Antwerpen had een aanvaring plaats met het "Britse ss "Glenogle" op de Schelde bij Doel.
De Telegraaf 30-09-1921
Cornelis Haagman is 3e stuurman en op wacht tijdens de aanvaring: "Behalve de kapitein was ook de loods op de brug. Hoe het precies kon gebeuren is nog een mysterie. Er moet iets fout gegaan zijn met onze stuurmachine. De schade bij ons was niet zo groot als bij het andere schip (wij hadden alleen een afgeplatte neus, terwijl wij hen raakten in de midscheeps). Dus wij konden de reis naar Antwerpen voortzetten. Na inspectie door LLloyds Survey keerden wij terug naar Rotterdam en konden 1 oktober bij Wilton in dok. Op 2 november tijdens een hevige storm raakte het schip los en dreef de Waterweg op en kwam in aanvaring met verscheidene schepen. Gelukkig zonder ernstige schade.
Cornelis Haagman
1934 de Edam wordt verbouwd waarbij de passagiersaccommodatie wordt teruggebracht tot 30 1e klasse en 60 3e klasse. De dummy-schoorsteen wordt verwijderd.
1940 In de Tweede Wereldoorlog heeft de "Edam"onder het Ministry of War Transport in Londen bijzonder gelukkig gevaren. (zie BIJZONDERE GEBEURTENISSEN)
1945 De "Edam" (kapitein B.C. Visser) was het eerste schip van de HAL, dat na de oorlog Rotterdam bereikte.
De lading bestond o.a. uit 550 ton krantenpapier en vrachtwagens ( 30 Internationals en enkele Dodges)
1953 De "Edam" werd in 1953 opgelegd te Rotterdam.
1954 De ‘EDAM’ is in februari 1954 voor sloop verkocht. De ‘formele’ eigenaar werd N.V. Bureau Wijsmuller, Scheepvaart, Transport & Zeesleepvaart Maatschappij, IJmuiden, die de ‘EDAM’ onder Nederlandse vlag met een lading cement van Hamburg via de Perzische Golf uitbracht naar Hong Kong. Na op 26 april 1954 van Rotterdam naar Hamburg te zijn vertrokken, arriveerde de ‘EDAM’ op 20 september 1954 op haar laatste reis te Hong Kong, waar zij werd gesloopt door de Shun Fung Iron Works Ltd., die op 7 november 1954 aldaar met het slopen begonnen.
Zusterschepen: "Leerdam", "Spaarndam" , "Maasdam".
(Tijdens de bouw werden de plannen gewijzigd: De vier zusterschepen kregen passagiersaccommodatie. Vandaar het achtervoegsel "-dam". Deze passagiersaccommodatie ( 1000, waarvan 800 in 3e klasse) hield verband met het toegenomen aantal seizoenarbeiders uit Spanje dat naar Mexico en Cuba reisde. Om de schepen meer aanzien te geven kregen zij een tweede schoorsteen als dummy.
In 1934 werden zij weer verbouwd tot vrachtschepen, waarbij de loze schoorsteen kwam te vervallen.)
Bronnen
Boer, G.J. de “125 jaar Holland Amerika Lijn”; uitg. De Alk, Alkmaar 1998; ISBN 90 6013 074 X
Dalkmann, H.A. en Schoonderbeek, A. “125 years of Holland America Line”; Edinburgh Pentland Press 1998
Herk, C. van “De Schepen van de Holland Amerika Lijn”, uitg. de Boer, Bussum 1981
Holdermans, R. HALLO 3 (2002)
Seabrook, W.C. “In the War at Sea”; uitg. HAL, second edition 1950
Websites
Maritiem Historische Databank
Maritiem Digitaal
Konvooireizen (Klik op SHIP SEARCH in linker kolom)